Tijdens het Aalsterse carnaval kon het publiek een praalwagen zien, geflankeerd door 2 marionetten van orthodoxe joden met haakneuzen, vergezeld met kisten vol geld.
Deze praalwagen is het werk van het Aalsterse carnavalsbedrijf Vismooi’ln.
Volgens de gegeven uitleg waren vertoonde de praalwagen twee poppen gekleed in joodse stereotypen om de spot te drijven met het feit dat het Aalsterse carnaval dit jaar gedwongen werd te bezuinigen. Hoe moeten deze verklaringen worden geïnterpreteerd?
Hoewel de CCOJB en de FJO een klacht hebben ingediend en de Europese Commissie en de Unesco het gebruik van dergelijke stereotypen hebben veroordeeld, heeft de UNIA beslist dat Vismooi’ln de wet niet had overtreden. Volgens UNIA : “Als je naar de wetgeving kijkt, lijkt het erop dat alles binnen de grenzen van de wet is gebleven. We begrijpen dat sommige mensen zich gekwetst voelden, maar de bedoeling was niet kwaadaardig”.
Unia zal de zaak niet voor de rechter brengen, maar zal bemiddelen tussen het gemeentebestuur van Aalst en de joodse gemeenschap.
Voor de UNESCO kan “de geest van de satire van het Aalsterse carnaval en de vrijheid van meningsuiting niet dienen als scherm voor dergelijke uitingen van haat”.